Pater Wim Keijzer scj
PATER WIM KEIJZER S.C.J.
29.10.1922 – 02.07.2013
Wim is geboren in Hilversum. Werd aldaar gedoopt in de St. Vitus. Hij was op één na de oudste in een groot gezin. Zijn vader had een groot houtbedrijf en wilde graag zijn hulp. Maar Wim koos voor de priesteropleiding. Die deed hij bij de S.C.J. zonder moeite. Zijn ouders stonden vanaf het begin achter zijn keuze en waren trots op hem, dat hij met zijn priesterstudie verder ging. Dit gebeurde op 7 oktober 1943, toen hij lid werd van de congregatie “Sacerdotum a sacro corde Jesu”. Dat is ’t, zei hij wel eens. Zijn broers en zusters waren ook trots op hem, zeker, toen hij op 11 september 1949 zijn priesterwijding ontving. Hij kwam uit een gezin waar bescheidenheid hoog in het vaandel stond. Niet te hoog van de toren blazen, dat was belangrijk.
Dat was trouwens ook niet mogelijk bij zijn eerste benoemingen: woonwagenwerk – S.F.L. in Rotterdam en Schiedam. Dat werk was extra moeilijk voor hem, omdat hij daarin zijn priester – kloosterling – zijn moeilijk kon beleven.
Daarom was hij blij overgeplaatst te worden naar Den Haag, waar hij mocht werken als priester in de H. Theresia parochie. Hij hield aan die periode hele fijne herinneringen over.
In 1977 werd hij pastoor in de Anna parochie in Amsterdam, gelegen op de oostelijke eilanden: Kattenburg – Wittenburg – Oostenburg. Gelukkig hoorde daarbij ook de Plantagebuurt (Artis) en de Czaar Peterbuurt. Dat gaf wat meer parochianen. Maar te weinig voor het voortbestaan van de Annakerk. Toen die werd afgebroken, kwam er in de R.K. school ‘de Pool’ een mooie kapel. Daar heeft Wim 7 jaar de Eucharistie gevierd en van daaruit zijn priesterwerk verricht, als laatste pastoor van de eilanden.
Na die periode assisteerde hij, waar men hem vroeg en verder besteedde hij alle tijd aan lezen en mediteren.
Hij was een spiritueel en gelovig man. Deed aan transcendente meditatie “Stilte hoort bij de religie, God trekt voorbij in ademloze stilte. Mijn kloosterleven krijgt zo stabiliteit, een vast dagritme geeft zin en structuur aan mijn leven”.
De mystiek was in zijn visie, dan ook niet zozeer het zien van een andere werkelijkheid, maar veeleer het anders-zien van zijn eigen werkelijkheid. En elke mens was daar volgens hem toe in staat. Als ik hem dan vroeg, of die relatie met God, de relatie met de mens niet moeilijk maakte, deed hij zijn ogen dicht en kon hij, geen tegenspraak willende, als een goeroe duidelijk maken, dat de kracht van spiritualiteit en engagement schuilt in hun onderlinge eenheid.
Zo maakte ik hem ook mee in mijn parochie, twee jaar lang. Er zijn mensen, die nog over hem spreken in positieve zin. Mona Hamstra, die 33 jaar hem nabij was, kan dit bevestigen.
De laatste jaren was hij ook vaak te vinden in de kapel van Maria, moeder aller volken. Hij droeg op zijn sterfbed de rozenkrans om zijn hals. Zij zal hem de laatste, moeilijke tijd hebben bijgestaan.. Maar dat is ook gebeurd door mensen als Leo van Bussel, Mona, zijn zus en andere stille figuren, die hem in zijn pijnlijke ziekteperiode nabij waren.
Hij heeft zelf door zijn levenswil en levensmoed, door zijn gelovig vertrouwen aangegeven, dat God er is, dat zijn goddelijke kracht hem draagt in zwakheid en menselijke onmacht.
Zo heeft Wim geleefd, intens, ieder uur tot zijn laatste bewuste momenten toe.
Deze bijzondere, gewone mens
voor God en de Mensen.