In Memoriam Pater Hendricus Hubertus Peels scj

Harry is op 3 november 1934 geboren in Luyksgestel, vlak bij de grens, en nog dezelfde dag gedoopt in de St. Martinuskerk onder de namen Hendrikus Hubertus. Hij was de derde in het gezin van elf kinderen. Zijn vader had een café annex winkel. En van jongs af aan hielp iedereen mee in de zaak.

In 1947 ging hij naar het Juvenaat in Bergen op Zoom op aanraden van zijn dorpsgenoot

Pater Frans Borrenbergs.

Op 8 september 1954 werd hij in Asten geprofest. Op 20 december 1959 is hij in Helmond priester gewijd door bisschop W. Bekkers.

Harry kreeg de opdracht geschiedenis te gaan studeren in Nijmegen om leraar te worden. Maar Harry was eigenlijk geen studieman. Bijna alle weekenden ging hij op assistentie in Zyflich en Willer, vlak over de grens. Pastoor Fritz en hij zijn vrienden geworden. Ze zijn verschillende malen op vakantie geweest naar Noorwegen onder andere om te vissen.

Het sprak dan ook vanzelf dat Harry nog niet zo lang geleden werd uitgenodigd toen de parochie van Zyflich een jubileum vierde.

Harry is maar kort, nog voor zijn afstuderen, leraar geweest in Bergen op Zoom. Het was in zekere zin een opluchting voor hem dat hij in 1969 gevraagd werd om studentenpastor te worden aan de TU te Delft. Daar heeft Harry bijna twintig jaar met veel voldoening gewerkt.

Zijn bijzondere kwaliteiten kwamen volop tot hun recht. Dat ook de studenten zijn werk waardeerden blijkt uit de beide advertenties in de NRC van donderdag 24 januari, èèn van de studentenvereniging Sanctus Virgilius en èèn van de Reünistenverening van “Virgiel”. Daarin schrijven ze : “Vele Virgilianen heeft Harry op persoonlijk vlak geholpen tijdens hun studententijd en we zijn ontzettend dankbaar voor de tijd die hij heeft gestoken in het wel en wee van onze Vereniging. We zijn trots dat we hem sinds 1989 erelid van onze vereniging mogen noemen “. En de reünistenvereniging spreekt haar dankbaarheid uit voor de vele keren dat Harry zo maar langs kwam om wat te praten en te drinken in de sociëteit en waarderen het zeer dat Harry bijna ieder jaar de reünie bezocht. Meerdere malen heeft Harry studenten in het buitenland bezocht. Hij reisde graag en kon mooie verhalen vertellen over zijn bezoek aan Indonesië en Peru.

In 1987 heeft Harry met enkele medebroeders een nieuw project van de scj-provincie opgezet, nl. het opvanghuis van het Jeroenconvent in Delft. Ook hier gebruikte hij al zijn talenten, van hulp aan de tijdelijke bewoners tot het meewerken aan de aanpassing van het huis, bijvoorbeeld bij het tegelzetten .

Toen dit project werd beëindigd, is hij vier maanden administrator geweest van onze parochie in De Rips. Op 1 januari 1992 werd hij benoemd tot rector van de communiteit van het St. Jansklooster te Den Haag. Vanaf dat moment ging zijn voornaamste zorg uit naar zijn medebroeders, maar hij bleef daarnaast contact houden met vele anderen. Sindsdien kwamen ook meer taken binnen de Nederlandse Provincie van de SCJ op hem af, onder meer het lidmaatschap van het provinciaal bestuur en de missieprocuur.

Vanaf 1 september 2000 tot 1 januari 2012 heeft hij als provinciaal overste op bezielende wijze leiding gegeven aan de provincie. Typerend voor zijn persoonlijke aandacht voor iedereen was, dat hij alle medebroeders opbelde bij hun verjaardag om hen te feliciteren. Dat deed hij waar hij ook was, zelfs vanuit het buitenland als hij een internationale bijeenkomst

bijwoonde.

Als bestuurder heeft Harry zijn sporen nagelaten. Zo heeft hij zich met anderen ingezet voor het vormen van de Confederatie met de Vlaamse provincie. Dat hij zelf een halve Vlaming was, heeft hem daarbij beholpen. Zijn overleg met de scholen van Tervuren en Lanaken over de overdracht aan de schoolbesturen heeft veel tijd gevraagd en het ligt niet aan hem dat die nog niet rond is.

Verder ging zijn zorg uit naar de toekomst van het bezinningscentrum Ter Loo in Loppem.

Voor de Nederlandse provincie is zijn werk aan de overdracht van onze zorg voor de ouderwordende medebroeders aan de Waalboog in Nijmegen, steeds in goede harmonie, van grote waarde.

Voor al die taken heeft Harry heel wat kilometers met de auto afgelegd. Gelukkig reed hij graag. Het was een soort ontspanning voor hem en trots liet hij alle snufjes aan zijn auto zien, als er een nieuwe was aangeschaft.

Toen zijn termijn als provinciaal ten einde liep, koos Harry er voor om terug te gaan naar Den Haag. Vol goede moed is hij begin dit jaar verhuisd, geholpen door zijn broers en zussen. Zijn kamer was prachtig ingericht. Hij ging al vlug naar de huisarts, omdat hij kortademig was en wilde weten waar dat van kwam. Verder onderzoek was nodig. Gelukkig kon hij nog wel naar Zuid-Afrika om daar een bevriende familie te bezoeken.

Na zijn terugkeer bleek dat er iets ernstigs aan de hand was. Een grote teleurstelling voor hem, voor zijn familie, voor zijn medebroeders en voor allen die hem nabij waren.

De chemokuur sloeg niet aan en op verzoek van Harry kreeg hij een vervolgbehandeling.

Die is hij begonnen in Den Haag. Maar omdat het te voorzien was dat hij verzorging nodig zou gaan hebben, leek het beter dat hij naar ons klooster in Asten zou gaan.

Harry wilde zijn medebroeders in Den Haag niet tot last zijn. De medebroeders daar wilden voor hem het beste. Uiteindelijk heeft Harry zelf de beslissing genomen. Zoals gedurende heel zijn leven heeft hij ook hierin de regie in eigen hand gehouden.

Dat werd dus weer verhuizen en ook deze keer hielpen zijn broers en zussen. Zij brachten de spullen over. Harry heeft zelf, met een begeleidende medebroeder voor de zekerheid, naar Asten gereden, zijn laatste reis.

In Asten bleek dat de vervolgbehandeling moest worden beëindigd. Hij is nog enkele dagen opgenomen geweest in het ziekenhuis, maar daarna teruggekeerd in Asten.

Dat zijn verblijf in Asten zo kort geduurd heeft, heeft iedereen overvallen.

Op bewonderenswaardige wijze heeft Harry zijn fatale ziekte aanvaard en in grote overgave, omringd door zijn broers en zussen is hij uit ons midden weg gegaan op 21 januari 2013, enkele uren na het ontvangen van het Sacrament van de Zieken.

Boven aan de rouwcirculaire staan zijn woorden, uitgesproken toen hem zijn ziekte werd meegedeeld : “Ik heb een mooi leven gehad en daar ben ik dankbaar voor” .

Op zaterdag 26 januari 2013 hebben zijn familie, medebroeders uit binnen-en buitenland, onder wie pater generaal, en vele vrienden en bekenden in de overvolle H. Maria Presentatiekerk van Asten afscheid van Harry genomen in een plechtige Eucharistieviering en daarna hebben zij hem begraven op het kloosterkerkhof te Asten.

Asten/Den Haag
Zijn medebroeders van Asten en Den Haag.

Terug naar vorige pagina