Pagina 485 - Necrologium S C J

2012
Op 12 september 1945 werd hij benoemd voor de
communiteit van Lanaken.
Hier kreeg hij de taak van portier en tevens werd
hij verantwoordelijk voor het werk op kantoor. Als
portier had hij goede contacten met de leerlingen
van het internaat en vooral met de ouders en fami-
lieleden van de leerlingen, die regelmatig op be-
zoek kwamen. Honderden reizigers en vele bede-
laars van allerlei pluimage, hebben aan de poort
gebeld, broeder Martinus heeft ze altijd binnen ge-
laten, want niemand belde te vergeefs bij hem
aan. Zo werd hij voor de buitenwereld de best ge-
kende priester van het H. Hart.
|Hij was ook de bellenman die ’s morgens met de
zware bel doorheen het hele gebouw holde om de
confraters op tijd uit bed te krijgen. Door het werk
op kantoor had hij contact met de weldoeners en
de vele vrienden van de communiteit. Voor hem
was het een vorm van apostolaat en zo kon hij
vele mensen helpen en goed doen voor anderen
Vele jaren verzorgde hij het tijdschrift: “Missiecol-
lege” en de jaarlijkse “Missiekalender”. Het kantoor
was niet alleen zijn werkplaats maar ook zijn leef-
ruimte. Niemand zal bij benadering kunnen zeggen